Ook ik bereid mijn cliënten voor op de Cito-toets. Niet door met hen alle mogelijke oefenvarianten door te nemen, maar door hen te beschermen tegen hun eigen intelligentie.
Een rechtsgeoriënteerde denker heeft namelijk het vermogen om vragen van verschillende kanten te bekijken. Hierdoor loopt hij de kans dat hij de vraag op een verkeerde manier interpreteert. Het gevolg hiervan is dat de vraag niet begrepen wordt of erger dat de vraag op verschillende manieren kan worden uitgelegd. Diegene die de vraag maakt begrijpt precies wat hij bedoelt, echter dat hoeft voor de beantwoorder niet hetzelfde te zijn.

Wanneer je het vermogen hebt om een vraag van verschillende kanten te bekijken, loop je al snel tegen het probleem aan: ‘Welke uitleg moet ik nou kiezen?’

Zolang de leerling geen keuze maakt gebeurt er helemaal niets. Dit is al het eerste tijdverlies. Een keuze maken is voor een rechtsgeoriënteerde leerling al moeilijk zat. Wanneer hij een keuze maakt dan betekent dat, dat hij niet voor die andere opties kiest. Maar ook voor die andere opties heeft hij goede argumenten. Ik zeg tegen de leerlingen dat zij zelf het antwoord op een vraag moeten bedenken en daarna moeten kijken of dat antwoord bij de antwoordopties staat. Is dat zo, dan aankruisen en niet naar de andere opties kijken.

De juf zegt: ’Denk goed na voordat je het antwoord aankruist’. Ik zeg: ‘Niet doen, want de twijfel slaat toe’.

Een voorbeeldvraag: ‘Wat hoort er niet bij? Vliegtuig, auto, bus, vrachtwagen’.

Volgens het Cito is het antwoord ‘vliegtuig’ goed. Mijn eerste impuls zou ook dit antwoord geven. Een vliegtuig vliegt en de andere opties rijden over de grond.
Een jongen in mijn praktijk gaf als antwoord: ‘De vrachtwagen, want de vrachtwagen vervoert spullen en de andere opties vervoeren mensen’. Volgens mij ook een goed antwoord.
Een meisje in mijn praktijk zei: ‘Deze vraag kan niet’. ‘Hoezo’ vroeg ik. ‘Nou, het zijn allemaal vervoersmiddelen, dus ze zijn allemaal goed’. En ook zij heeft gelijk.
Hoe zo’n simpele vraag tot verwarring kan leiden of een goed antwoord toch als fout wordt beoordeeld. Tenslotte staat de redenatie niet naast het antwoord op het antwoordenblad.

Zeker 20 % van de kinderen heeft hier in meerdere of mindere mate last van, maar volgens het Cito worden alle vragen getest op een grote groep kinderen’. Het geeft toch stof tot nadenken …

 

your_ip_is_blacklisted_by sbl.spamhaus.org