Ze zit in de onderbouw en is op vrijdagmiddag vrij. Terwijl ze een broodje eet vertelt ze over de tafels en dat ze die gewoon niet in haar hoofd krijgt, maar ze wil straks wel zo’n tafeldiploma, net als de rest.

‘Ik kan je wel helpen met die tafels hoor, die zetten we gewoon in je hoofd’. Ze gelooft er niet zo in, maar haar nieuwsgierigheid is gewekt en dat is een goed begin.

Ik laat de eerste vijf sommen van de tafel van twee stuk voor stuk voorbij komen en vraag of ze die in haar hoofd kan zien staan. Geen gekke opdracht voor haar, want dat had ze aan tafel al zo vaak gehoord. Nadat we vijf sommen hebben gedaan begin ik haar de antwoorden te vragen. Blij geeft ze me de uitkomsten terug. Vervolgens vraag ik haar de sommen nog een keer, maar achterstevoren (hoeveel is 5×2, hoeveel is 4×2, enz.). Verrast geeft ze me opnieuw de juiste uitkomsten. ‘Nou, als je ze achterstevoren weet, kan je ze ook wel door elkaar opnoemen’, lach ik. Trots als een pauw weet ze ook dan de juiste uitkomsten te noemen. De eerste vijf sommen zitten erin.

‘Klaar voor de volgende vijf sommen?’ vraag ik terwijl ze op haar stoel zit te wippen. En daar gaan we weer. Vijf nieuwe sommen die ze stuk voor stuk in haar hoofd zet. Ik vraag haar naar de uitkomsten en als ze de goede antwoorden geeft draaien we de volgorde weer om. Als laatste stap husselen we de volgorde van de vijf sommen weer door elkaar. Even later zitten er weer vijf sommen in.

Tijd om de hele tafel langs te laten komen. Alle sommen achter elkaar, vooruit, achteruit én door elkaar. ‘Nou meis, die tafel zit erin’. Ze kijkt me met grote ogen aan. ‘Echt waar? Kan ik de tafel opzeggen bij de juf?’ ‘Ja hoor, de basis staat’.

‘Dan wil ik nu ook de tafel van drie’, joelt ze. ‘Zeker weten?’ vraag ik nog. Een kind mag tenslotte ook wel even genieten van een succeservaring. ‘Echt wel!’ roept ze enthousiast.

We hakken de tafel van drie ook in twee keer vijf sommen. Ze zet de eerste vijf sommen stuk voor stuk in haar hoofd en ik vraag haar de uitkomsten. Vooruit, achteruit én door elkaar. De laatste vijf volgen erna en uiteindelijk kan ze ook van deze 10 sommen door elkaar de antwoorden geven.

Als we even later naar school gaan om haar zus op te halen, vliegt ze de school in op zoek naar haar juf. ‘Twee tafels juf!’, straalt ze, ‘Ik ken twee tafels, wilt u me overhoren? Doe maar door elkaar hoor!’

Ze krijgt complimenten en een knuffel van de juf. ‘Jou gaan we mooie rekensommen geven, zodat die tafels ook echt goed in je hoofd blijven zitten’.

 

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.


Klik op de voorbeeldknop om jouw bijdrage te controleren op fouten, daarna kan je de code uit de afbeelding (deze verschijnt automatisch) invoeren en op de verzendknop klikken.